work#art-banner-blog#49

Waar kijk je naar? Wat zie je nu? Hoe denk je dat je kijkt?
Wat doet een kunstenaar met wat hij ziet? Hoe ziet een kunstschilder zijn model? Wat ziet hij in zichzelf? Wat geeft hij weer van wat hij ziet?

Ooit ben ik intensief bezig geweest met dit soort vragen. Samen met Hans Blaauw, een kunstenaar met wie ik zo’n schilder-model relatie had.
Wie ben ik als model voor een schilder? Wat stel je voor in de ogen van degene die tegenover je zit en hoe geef de daar aan weerskant vorm aan? Geeft hij jouw verschijning, je gedaante, de werking van wie je bent weer?  Wat zoek je af te beelden? Wat belichaam ik dan nog, wanneer is zo’n beeld af.  Wat gebeurt er daarna mee?
Wat stel ik voor? Wat zie je in mij? Wat zie ik in jou. Dat jij mij .. godallemachtig .. het komt op ’t meest menselijke onderscheiden neer. En op heelheid  zoeken, wat maar heel betrekkelijk is. Mensen die weten wat trippen is, zullen het zeker wel herkennen, maar het kan ook zonder hallucinerende middelen: je staart naar iemands gezicht en dat vervormt in allerlei gedaantes: What are you looking for? Why do you look at me?
Zo’n schilder-model relatie kan zich tot in het oneindige ontwikkelen en heel diep gaan. Zeker als je er met elkaar begint over waar je samen aan begonnen bent. Moeilijk spannend werk om daarover zuiver met elkaar in contact te treden én te onderscheiden wat je daarin tegenkomt.
Het lijkt het lieve leven zelf wel.

Nu, jaren later, gebeurt me dat weer. Hoàng Hà Tùng komt naar Nederland. Samen met zijn vrouw Huong.
Ze zijn het tweede koppeltje kunstenaars uit Viêt Nam dit jaar. En ze komen vanuit het mooiste seizoen naar hier! We kennen het weer in de herfst daar op die breedtegraad en weten wat dat aan groei, bloei en oogst met zich meebrengt. Het is er dubbelop genieten nu. Bedenk dat de bomen daar het hele jaar in blad blijven. En met het frisgroene land om je heen lijkt het wel voorjaar, zoveel bloemen er bloeien. Tegelijkertijd is er ook herfst en geurt en kleurt de oogst. Rijst, theeblad .. er ligt van alles op straat te drogen. En boven de soms rode, soms zwarte grond hangen nevels rond de vuurtjes waarin het dorre kaf verdwijnt.
Tung komt hier om te tekenen en te schilderen. En wat ‘ie eenmaal in z’n kop heeft gehaald, kan er alleen maar als daad weer uit. Hoe en in wat voor omstandigheden ook. Punt.
Voor de komende dagen is er van dat kille meedogenloze weer voorspeld. Weer zoals men dat in Hanoi alleen van hartje winter kent. En dan alleen maar soms. Huong zal dikke kleren meenemen. Zelf hebben we een enorme vissersparaplu gekocht die je met z’n windflappen in de grond kan vastpinnen. Een rugzak-krukje houdt de kont van de kouwe grond. Verder wachtten we maar af.

Na een door een lage zon overgoten middag op Kampereiland en twee geschilderde – en meerdere getekende portretten, duiken we inderdaad het barre weer in.
Maar Tung heeft de smaak te pakken. Voor dag en dauw is ‘ie opgestaan. Dus planten we ‘m vandaag, waar hij gister wilde zitten. Het maakt kunstenaar en landschap niets uit. En Huong doet mee. De plu wordt opgespannen, ze nestelen zich met alle spullen onder de kap. Een ogenblik van aandachtig kijken en daar gaat ‘ie weer ..
In de regen krijgt het aanvankelijk onverschillig ogende landschap de zeggingskracht van hoe je ‘t benadert. En wat je dan raakt daarin, werkt twee kanten op: Wordt je werkelijk geraakt dan raak je gefascineerd, vaak vanuit in geheimzinnig punt in jezelf. Je beluistert jezelf vanaf de bodem van een nog onbekende .. een tweeledige aandacht die ik ooit in een dichtregel beschreef: nu raakt de pijl gericht, een ijlbode terug..

Het is de kunst om wat je in zo’n wisselwerking onderscheidt, treffend weer te geven. Zodat het in verf een eigen leven leiden gaat.
De streken van de kwast paren met de streken van wind, licht en lucht die hun gang gaan met het op zich onverschillige landschap. Wat Tung erin ziet, worstelt zich borstelend eruit los en ligt als verf nu achteloos op het doek. Sporen van de dynamiek trekken sporen in het canvas. Een klus van een kwartier. Het maakt het doek niet uit dat het alweer vervangen wordt door een nieuw. Mij alleen?

De merkwaardige gretigheid waarmee Tung zijn keuze bepaalt. Eenmaal bezig, is hij de kalmte zelf. Met een zorgvuldige en tegelijkertijd bijna achteloze aandacht benadert hij zijn model. Treedt hij het tegemoet.
Kunst staat of valt met de kwaliteit van het contact dat je maakt met een voorwerp van je aandacht op dat moment: Een ding, een mens, een landschap, interieur of een gebeurtenis. Op zich stelt zo’n voorwerp niks voor. Het weerspiegelt je innerlijke relatie ermee. Het staat model voor iets dat je erin ziet en jou bezighoudt.
Kunstwerken vormen de weergave van zo’n relatie. Je kan de kwaliteit ervan optimaliseren maar daarmee bevrijd je je lang niet altijd van wat je intrigeert.
Dat maakt dat ik graag met kunstenaars van doen heb. Je krijgt met hun fascinatie van doen. En met de bron die ze tijdens het werk aanboren en op het spoor willen komen. Er ligt er een ontwikkeling / verdieping ten grondslag aan zo’n proces.
De relatie die jij met zo’n proces ontwikkelt, bepaalt wat je erin onderscheidt en wat jou onderscheidt ervan. Wat je erin voortstuwt en wat je weerhoudt ermee akkoord te gaan.
Iedere relatie die je bezighoudt, komt voort uit wat je erin te voorschijn wilt roepen. Dat wordt weer ingegeven door hoe je je toestaat te kijken. De gelegenheid die zich daarin ontwikkelt, werkt een dynamiek in de hand die zich aandient om met jou en je vermogen aan het werk te gaan en een kunstwerk te laten ontstaan ..

work#art-tekening-Tung-cameraman                      work#art-tekening-Tung-schilder-1kopie-verschovenwork#art-Tekening-Tung-publiek-1-omkeer                       work#art-tekening-Tung-BertvdBrink-1

Het is donker inmiddels en een paar uur later. We betreden de van buiten aangelichte Bovenkerk in Kampen. Het natriumlicht stroomt van onderuit de ramen binnen en ketst tegen de hoge gewelven op. De wind in de boomtakken veroorzaakt een merkwaardige zindering in ‘t vale schijnsel boven ons.
In het koor van de kerk hangt een enorme kroonluchter die de vloer aanlicht. Daar ligt een opgespannen canvas. De afmetingen zijn enorm. Een man in een rode overal loopt er omheen. Kalm is hij in de weer met pigmenten, inkt en verf. Soms bewerkt ‘ie het doek met een veger aan een steel, dan spat of sprenkelt ie t strijkt ie met een spatel je kan volgen wat er gebeurt en nagaan bij jezelf hoe je reageert en op welke impulsen. Je ziet iets gebeuren en krijgt er verbinding mee.
Voor ons is het al een happening * Voor Tung en Huong moet het helemaal een ervaring zijn. Ze komen voor het eerst in een gotische kerk.

De man in zijn overal werkt vanuit zijn intuïtie. Net als zijn bloedsomloop en zijn adem lijken zijn handen hun gang te gaan. Hij geeft aandacht aan wat er in hem omgaat, wat er in hem leeft en hoe dat eruit ziet als hij dat uitwerkt op het canvas voor hem. Is hij zijn zijn eigen model? Er zijn meer kunstenaars bij het project betrokken. Ze werken interactief met elkaar en de ruimte. Het werk broeit iets in hun verlegenheid los, wat we ook in Vietnam zo mooi zien gebeuren. Ze lijken verlegen met het onderscheid dat ze maken, maar gunnen het werk de werking die het heeft, waar het hen in voorziet. Ze onderzoeken het proces in het contact tussen kijker en performer. Ze tasten de inrichting van hun spontane waarnemen af. Er is veel in te doen, om te doen en te ontdekken in deze tak van kunst. Het gaat ons ook aan, in wat we doen als interactie met wat er speelt.
Een blinde organist bespeelt met het orgel in de gastvrije ruimte. Het koor klimt omhoog in zijn aandacht. Hoe geconcentreerder ik ervoor ga zitten hoe meer het fascineert. Er ontstaat een gehoorzame relatie tussen klank en ruimte, werking en materie .. hij brengt een kwaststreek aan .. Met het geduld dat je ervoor weet op te brengen, schept de ruimte zich een gelegenheid om met de acties gepaard te gaan. Het werkt hallucinerend.

Ook Tung is gefascineerd door het blinde zoeken van de organist. Hij vraagt mijn notitieboekje en krast er wat ogenschijnlijke niemendalletjes in.
Bijna achteloos zet ie ze neer maar je ziet dat hij onmiddellijk inziet, wat hij voor zich zag. Een markant moment waar hij niet achteloos mee om – of aan voorbij kan gaan. Raak getroffen zegt een bezoeker, nadat ‘ie een paar seconden de klos was: Een confronterende krabbel. Jaja, die dikke buik van mij ..
Instinctief vouwt hij het papiertje op, trekt zijn portefeuille en stopt het als een boodschappenbriefje in een vakje voor ‘t papiergeld. Met dat het in zijn zak verdwijnt, mengt hij zich weer tussen ‘t publiek.
De organist pielt en peilt ondertussen wat met piepjes en akkoordjes de ruimte die zijn spel inneemt. Tung krabbelt alweer door.
De geluiden ijlen nog wat na als we de kerk verlaten. Eenmaal door de poort de kade op, sterft het weg.

Er klinkt van over de IJssel een geluid of er ter plekke een tractor geparkeerd staat die de motor stationair heeft draaien. Ongegronde ritmes dringen binnen en ploegen alles omver wat zoëven gezaaid is.
We hebben de grootste moeite om ons er niet aan over te geven. Alsof het om voodoo gaat. We worden gemanipuleerd bij het leven. De IJsselmuider Oranjevereniging viert feest in een tent. Als men ’t voor zichzelf niet spannend maak, wordt ’t me nu wel dwingend opgelegd. De beat bijt het gif door het strakgetrokken zeildoek. Er lijkt niks aan doen: de achterlijke formule waar nul komma niks voor het = teken staat, komt al binnen voor het je bereikt …
Oké, oké, niks geldt voor iedereen natuurlijk. Ja toch! Niet dan?
Vanaf de brug lijkt kerk achter ons een onschuldig bouwbeest drijvend boven de stad. Boven de piekjes van de verloren torentjes die met hun gouden haantjes hun best doen uit te stijgen boven de daakjes van de huizen, die op hun beurt weer met zichzelf te koop lopen langs de zwierige rivier. Ze krijgen daartoe pas gelegenheid als je er langsloopt .. over de kade ..

Als je lang kijkt, zie je meer, leerde Gerrikens me op de kunstacademie. Gaandeweg ben ik daar verder op in- en in doorgegaan: Als je lang stilstaat bij hoe je kijkt, zie je alles. Niet alleen wat je voor je ziet, je kijkt ook naar binnen. Dat kan al in één oogopslag. Je kijkt in jezelf om je heen. Het kan een heelal zijn, lichtjaren ver. Onmiddellijk kijken gaat voorbij aan elk onderscheid dat je maakt. Je ervaart je; ziet je in je voorzien zijn. God wat leven we beperkt als we ons onbehaaglijk voelen of niet behaagd. Waar denk je dat deze evolutie op uit is?

We zijn ertoe in staat zo te kijken, Wat je ervan maakt en hoe je dat tot onderscheid brengt, vormt de klus voor een kunstenaar. Hoe krijg je dat zo weer gegeven dat het gelegenheid krijgt een eigen leven te leiden in jou?
Het werk weet niet. En kunst trekt geen conclusies. Waar het op neerkomt, is dat je probeert, beproeft, laat proeven. Het leven erin rekt zich uit, gaat zijn gang en vertrekt weer. Kunst heeft geen enkel antwoord; alsmaar mondt het uit in een nieuw begin dat zich verder uitstrekt dan je als maker beseffen kan. Kunst heeft het als enige in zich om met de paradoxen erin om te gaan en er opnieuw uit te ontstaan.
Zwei Dinge sind unendlich, zei Albert Einstein al: Das Universum und die menschliche Dummheit. Aber bei dem Universum bin ich mir noch nicht ganz sicher.
Wat een klus voor de kunstenaar. Het lijkt het lieve leven zelf wel.

* ‘Dissolving Views‘ was een 14 dagen lang durend project van Henrie Vogel in de Bovenkerk. Ter plekke is het inmiddels achter de rug. Maar het project loopt nog door via internet: dissolving views
** In de Toonzaal is het werk van Tung nog deze week te bezichtigen en te koop. Wat overblijft, bewaren we in stock. Benieuwd maar kan je niet komen? Informatie is verkrijgbaar via rietje@workheart.nl

Comments