onleesbaar
wat vooraf ging: De dag eindigde met een ritueel⁷ dat Willem niet afwachtte: ‘Stop met die mensen, ze zijn niet echt. Ze voelen niet, ze praten er alleen maar over.’ Hij kijkt me recht in de ogen, groet indringend, smijt de portier van zijn camper dicht en weg is ‘ie. Ik voel me naar adem happen.
Vertwijfeld loop ik terug naar het gebouw waarvan we afscheid nemen. Daar verzamelen mensen zich rond het laatste ritueel. Met gepaste afstand ontsteek ik het vuur. In een flits ontbranden alle luciferkopjes. Een heftige sisser, een roze lichterlaaie. Vanuit zichzelf beginnen een paar deelnemers Ohm – Om – Aum – Aeouhm te brommen .. een eerste adem die hoort bij het nemen van het woord. Langzaamaan nemen anderen het over. Het geluid zwelt aan naarmate de fik vervliegt. Willems uitspraak, zijn hese stem, de sis van de steekvlam en de galm van ‘t slotakkoord zouden me bijblijven. Ze zetten de grondtoon voor verder.
Zong ik mee of zweeg ik? Ik denk het eerste, ik was veel te loyaal over all.

opzij van het kijken .. Gerlach’s poëzie roept een omstandig heden op. En om een omgang ermee, die nauwelijks meer met saamhorigheid laat staan met gehoorzamen opheeft. Ook ik laat me niet gauw gezeggen alhoewel … ik wil blijven dansen naar de pijpen die me bezighouden in kunst. De poëzie die me erin opwindt, zal me verder geleiden .. Als ik de ruimte neem en me zorgvuldig naar weerskant verhoud, zit er niks meer tussen dan de huid waarmee je elkaar een hand geeft. Die huid voel ik. Van acteur naar actor in de actualiteit. Gecentreerd rond een spel dat leven heet. Waar begon ik aan, waar begint het?

Een expeditie met anderen, trekkend door the body of time and space. Steeds bewuster de tijd van je leven meemaken als één groot lerend experiment.
 Een spel dat ik niet in mijn eentje bepaal maar graag gelijkwaardig uitwerk, in wisselwerking en samenspraak met de dynamiek om me heen. En graag op zo’n manier dat het naar weerskanten weldadig uitpakt. Alsof het van zelf gaat maar wel bewust. Een vrijheidspraktijk (Foucault) die aangenaam natuurlijk verloopt en anders lerend wordt. Het zou echter naïef zijn om te veronderstellen dat je met persoonlijke ontwikkeling vanzelf empathische burgers krijgt’ die zich vol overgave inzetten voor een duurzame wereld vol verscheidenheid en burgerschap. Het zou struikelen over de drempel zijn. In afstemming dat wel, maar daar komt meer bij kijken. En daar begint de opleiding ieder jaar opnieuw met nieuwe studenten overnieuw ..
onleesbaar

Blog#37-4 Banner+titel

onleesbaar
‘Opeens leeft het beeld en verzet zich tegen mij’

Bovenstaande zin is een uitspraak van Markus Lüperz. Ik ving hem jaren geleden op, tijdens een tv-interview met de schilder n.a.v. een tentoonstelling van zijn werk. Die zal in ’t Stedelijk geweest zijn, in ’97 waarschijnlijk, toen Rudi Fuchs er nog de scepter zwaaide. Ik wist ‘m toen schielijk te noteren terwijl zo blijkt, hij nooit meer uit mijn herinnering is geweest. De zin en de filmbeelden vormen een samenvatting van waar ik mee bezig ben. Ik kom mezelf erin tegen. Het raakt de essentie van waaruit ik leef en werk en onderbouwt wat ik erin tegenkom. Het helpt mij om me te verhouden tot wat zich aan me voordoet en vol te houden om dat tot op heden te doen. Hoe dan – en waar dan ook, ik kom er altijd op terug.
Gaat dat zo door? denk ik nu. Wil ik niet ’s door die metafoor heen? In dit blog werp ik er een blik op … wie weet ..

Lüperz schildert geen onderwerpen, hij schildert schilderkunst.
Ik zie een groot wit doek. De schilder zet zijn eerste kwaststreek. Vervolgens neemt hij afstand van zijn werk en kijkt. Dan komt de uitspraak: ‘Opeens leeft het beeld en verzet zich tegen mij’ Hij kijkt weer, brengt een nieuwe streek aan .. reageert op hoe het doek reageert telkens opnieuw .. in vorm, kleur, ritme, opzet .. uitdrukking .. Alles wat hij inzet, wordt voor hem vorm van onderzoek ten aanzien van wat er zich voor hem ontwikkelt.
En het doek vertoont zich na iedere handeling, telkens opnieuw, een andere gedaante, waarin alles met alles te maken heeft. Ook met hem. Hij komt zichzelf tegen in elke aarzeling, overweging, impuls. Het doek reageert, wordt zijn eigen boksbal. Was zijn eerste aanzet argeloos, zijn volgende acties zijn fundamenteel anders: Hij stelt zijn argeloosheid op de proef, steeds wat afstand nemend en bij zichzelf te rade gaand wat hij tegenkomt en hoe hij reageren zal. Steeds boort hij nieuwe bronnen aan, kiest uit de eindeloze reeks mogelijkheden die bij ‘m opkomen, waarvan er één per keer kan worden uitgevoerd. Het is alsof hij danst met de kwast en gaandeweg z’n streken volgt. Daarbij vervalt hij niet in stilering. Integendeel, zijn stijl is zelf een voorwerp van onderzoek geworden.
Kijken wat ’t wordt en merken hoe ’t werkt: Hoe een beeld, als gevolg van je aanpak een eigen gedaante aanneemt. Hoe een kunstwerk letterlijk ‘uitpakt’ als weergave van wat je doet en hoe je handelt. Iets verzet of bevrijdt zich, krijgt impact aan weerskant van de handeling, voorbij je eigen begrip en aannames. Want ook die kom je tegen in wat het je doet, hoe je handelt en hoe dat uitpakt. Het breekt iets open. Je geleidt dat proces naar weerskanten en het proces geleidt jou. De werking zelf tussen doen en gedaante, ingeving en weergave, tussen idee en realiteit. De kwaliteit die je geeft aan de relatie met die tussenruimte.  Balancerend met de afwegingen die je maakt en de ruimte die je eraan geeft tijdens het moment van contact.

Nog wat aantekeningen uit dat TV interview. Fuchs: ‘Lüperz is één van de weinigen, die de opdracht van moderne kunst – nl. voortdurende vernieuwing – serieus heeft genomen’. en ’niet het wat maar het hoe, niet de vorm maar de intensiteit van de uitdrukking telt’ en ‘zijn diep instinctmatige wil tot schilderen heeft de opgetogenheid van een dilettant’.
Lüperz is in kunstzinnig opzicht geen voorbeeld voor mij. Nooit geweest ook. Wel z’n uitspraak en wat ik eronder aan werkwijze ontdekte:

                                                                      stijl als methode en als kern van fundamenteel onderzoek

Die focus bood me een schok van herkenning. Ik gebruikte zijn zinnenbeeld voor mijn eigen uitgangspunt en invalshoek als docent theorie en methoden.
En voor mijn opvatting en benadering van het beroep waarvoor we opleidden: sociaal cultureel agoog. En dynamisch beroep in een dynamische samenleving dat van weerskanten om voortdurende afstemming vraagt bij de veranderingen die plaatsvinden in een omstandig heden: een werkveld dat een open systeem aan het worden is. Het hangt van je eigen afwegingen af, wat je erbij haalt en hoe je een ander, je omgeving betrekt bij wat je bezig houdt. Dat geldt voor iedereen. Het hangt van je eigen afwegingen en aannames af hoe je als omgeving je erbij laat betrekken. Stem af.
Vormt wat je – al dan niet – aanspreekt van een ander, het Andere erin, niet een afspiegeling van wat je bezighoudt? Komt dat niet van 360゜om je heen? Spiegelt dat niet de omgang met je zelf in de omgang met je omgeving?
Maak samen met die Ander, dat Andere om je heen concreet wat je uit te werken hebt.
Voorbij je eigen aannames. Een samenleving verandert pas als je die daadwerkelijk uitwerkt met elkaar.
Voorbij het scherm van je iPad. Treedt in contact.
onzichtbaar

work#art-BlogBanner#37-4-Versie4onzichtbaar
Een professioneel vraaggesprek gister door Thomas Erdbrink met Dyab Abou Jahjah. Ik voelde m’n vertrouwen danig op de proef gesteld, een gezond gevoel. Een kritisch en openhartig contact van hoor en wederhoor rond een hoop verschil van mening, ideeën en aannames. Een op elkaar betrokken verkenning waar de zomergast op zijn manier aandacht voor vraagt. Een gepassioneerde zoektocht van een activist naar oplossingen voor uitdagingen van wereldformaat. Beeldvorming is dan een kwetsbaar dundoek. De aandacht die je eraan geeft en wijze waarop je ermee omgaat vraagt een grote zorgvuldigheid.
Elke kwaststreek heeft iets te vertellen, maakt uit.

* Bijna alle citaten van Michel Foucault zijn diepzinnig en onthutsend. Dit is ook te verwachten gezien het feit dat hij een van de grootste filosofen was van de hedendaagse tijd. Zijn gedachten markeerden een voor-en-na in de geschiedenis.Het onderwijssysteem verschijnt in verschillende citaten van Michel Foucault als onderwerp. Voor deze Franse filosoof is dit een gebied dat nauw verwant is aan macht. Hij verklaart: “Alle onderwijssystemen zijn een politieke manier om de toereikendheid van het woord te behouden of te wijzigen, met de kennis en de bevoegdheden die ze impliceren.” Merk op dat hij niet spreekt van onderwijs in het algemeen, maar van het onderwijssysteem. Er is een groot verschil tussen deze twee dingen.
Het onderwijssysteem is erop gericht om het domein van woord, kennis en macht ondergeschikt te maken aan de systemen die controle uitoefenen. Diens rol is volgens Foucault, om het individu op de een of andere manier te ‘domesticeren’ zodat het dat systeem dient. Nr.2: Het onderwijssysteem volgens Foucault in: Vijf indrukwekkende citaten van Michel Foucault maart 2, 2018

Comments